Een gezellige kerst

Dit verhaal is onderdeel van ‘het gewone leven kan soms ongewoon zijn’

***

Hoewel het buiten koud en donker was, was daar niets van te merken in de kroeg ‘de Eik’. De kerstboom in de hoek hing vol met lichtjes en op iedere tafel stond een kaarsje te branden. Er was een geroezemoes van stemmen, de kroeg zat goed vol en de gasten leken het goed naar hun zin te hebben. Aan de muren hingen rode, groene en gouden slingers en een dikke gouden  slinger lag over de buffetpiano gedrapeerd. Aan de piano zat Wart en hij had een rode kerstmust op zijn hoofd gezet. Naast hem stonden Mike en Siebe, die beide ook een kerstmuts droegen en een gitaar vast hadden. Deze kerstavond zouden ze optreden op het feestje en kerstliedjes zingen. Ze hadden verschillende bekende kerstliedjes geselecteerd en samen ook een eigen lied geschreven dat ze ten gehore zouden brengen.

Tijdens het optreden konden de mensen warme chocomel of glühwein kopen aan de schappelijke prijs van een euro per consumptie, of andere dranken aan normaal tarief. Daarnaast waren er bitterballen en kerstkoekjes die gratis aangeboden werden. Er was ook kerstbrood en erwtensoep, ook beide beschikbaar voor een euro. De warme spijzen en dranken werden zeer gewaardeerd, want hoewel er geen vlok sneeuw viel vroor het dat het kraakte. Siebe had al een paar keer gezegd dat het wat hem betrof zo mocht blijven vriezen, want dan zou er misschien weer eens een Elfstedentocht georganiseerd worden.

Wart keek even naar de klok, maar ze hadden nog even voor ze moesten beginnen. “Dus ben je nu speciaal voor dit teruggekomen uit Leeuwarden?” vroeg hij aan Siebe.

“Yndied,” antwoordde Siebe vrolijk in het Fries.

“En ga je ook vanavond weer terug?”

“Nee joh, ik pak straks de bus en slaap vannacht gewoon in mijn kamer. Dan pak ik morgen de trein om terug naar Leeuwarden te gaan.”

***

Om negen uur begonnen ze met hun kerstoptreden en ze zongen hun liedjes, waarbij Wart op de piano speelde en Siebe en Mike op hun gitaren. Tussendoor aten en dronken ze van de versnaperingen die voorhanden waren en het werd een hele gezellige avond. Om half elf begonnen ze op te ruimen en een kwartier later zaten zamen aan een ronde tafel met een beker warme chocolademelk voor zich en twee gitaarkoffers op de grond.

“Wat doen jullie met kerst?” vroeg Mike aan zijn vrienden.

Daarop vertelde Wart dat zijn twee van zijn oudere broers, Kurt en Nico, van Maastricht zouden opkomen om kerst samen te vieren, zijn moeder kookte altijd een uitgebreid diner op die dag. Victor, de oudste van de broers, zou hun blinde grootvader uit het verpleeghuis halen om kerst met hun te vieren, zoals ieder jaar. Zodra hij dat verteld had keek hij naar Siebe. “Waarom doen jullie een kerstetentje met je oma de dag voor kerst en niet op kerst zelf?”

Siebe haalde een keer zijn schouders op. “Beppe,” begon hij, maar hij werd onderbroken door Mike.

“Beppe?” vroeg hij.

“Ja, oma,” vertaalde Siebe met een knipoog. “Zo noemen wij onze oma in het Fries.” Hij zag dat Mike knikte ten teken dat hij het begrepen had. “Dus, beppe vindt het een prima regeling zo, ze ziet haar twee zoons met hun kroost de dag voor kerst en met kerst zelf blijft ze met haar vriendinnen in het verpleeghuis. En zo kunnen wij kerstdag houden voor ons gezin en help ik ús mem met koken en gaan we tweede kerstdag naar mijn oma die in Zaandam woont.” Geen van beide reageerde op de ‘ús mem’, die term gebruikte Siebe vaak en de eerste keer dat hij het gebruikte had hij al verteld dat het Fries is voor ‘mijn moeder’. Siebe keek nu naar Mike. “En jij?”

“Dit jaar ga ik met mijn ouders en oom Andy naar mijn grootouders aan vaderskant,” vertelde Mike en hij nam een slok van zijn chocolademelk. “Peter en Kim komen ook.”

“Vieren die geen kerst thuis?” vroeg Wart.

Mike schudde langzaam zijn hoofd. “Sinds de scheiding ligt dat wat moeilijk, tot nu toe hebben ze ieder jaar gewisseld, dus eerste kerstdag bij de moeder en tweede kerstdag bij de vader en dan het jaar daarna eerste kerstdag bij hun vader en de tweede bij hun moeder.” Hij keek naar de bruine vloeistof in zijn beker. “Dit jaar was er wat ruzie over,” ging hij verder, “en toen heeft Peter gezegd dat als het niet op een beschaafde manier kon hij bij geen van beide zou gaan. En toen ik dat aan oma vertelde zei ze dat Kim allicht welkom was omdat ze mijn vriendin is en dat Peter ook welkom is omdat hij een goede vriend is.” Zowel Wart als Siebe knikten begripvol.” Dus zo gaat dat dit jaar” vervolgde Mike. “En volgend jaar gaan we naar mijn grootouders aan moederskant.”

“Dan kun je niet even terugkomen om een optreden te doen, hè?” zei Wart met een knipoog en Mike moest lachen.

“Nee, vanuit Italië is dat wat ver.”

Zo ging het gesprek over op Italië en daarna over andere reisbestemmingen. Dat duurde tot Wart voor een laatste keer op de klok keek, zijn drinken opdronk en opstond.

“Ik ga naar de nachtmis toe,” verkondigde hij.

“Is die niet al voorbij?” vroeg Siebe. “Om acht uur was die toch? Daarom had de kroegbaas ons toch gevraagd om pas om negen uur te beginnen?”

“Om acht uur is er ook een mis,” legde Wart uit, terwijl hij zijn zwarte leren jas aantrok en hij keek Siebe aan. “Veel kerken houden de nachtmis om zeven of acht uur ’s avonds.” Hij haalde kort zijn schouders op. “Ik ga liever naar de echte nachtmis, die om middernacht plaatsvind. Er is één kerk in de stad die dat nog doet.”

Siebe was ondertussen ook recht gekomen en deed een grijze sjaal om, als Wart weg ging, kon hij ook naar de studentenflat gaan en daar nog even op zijn gemak zitten voor hij zou gaan slapen. “Ach zo,” zei hij. “Ga je met je ouders?”

“Mijn ouders gaan om acht uur,” antwoordde Wart. “Ik ga altijd met Victor, maar die zit nu met zijn vriendin Lisette bij haar ouders, die vieren kerstavond altijd uitgebreid met steengrillen en cadeautjes enzo.”

“Weet je wat?” zei Mike toen. “Ik ga met je mee. Het is immers Kerstmis. Het is al jaren geleden dat ik nog eens in een mis heb gezeten en dan hoef je niet alleen te zitten.”

Wart ristste zijn jas dicht en knikte naar Mike. “Gezellig,” zei hij. Hoewel hij best alleen zou zijn gegaan vond hij het wel fijn dat er iemand mee wilde gaan.

Siebe hing zijn rugzak aan zijn schouders en pakte, net als Mike, zijn gitaarkoffer op. Met hun drieën verlieten ze het café onder het uiten van kerstwensen aan de cafébaas.

Eenmaal buiten trok Mike zijn schouders wat op toen ze buiten stonden, het vroor en niet zo’n klein beetje ook. De open sterrenhemel was een belofte voor een koude nacht.

Siebe keek kort naar de sterren, zijn adem zichtbaar als kleine rookpluimpjes iedere keer als hij uitademde. “Een mooie nacht.” Hij zette zijn donkergrijze hoed op zijn hoofd en keek de andere twee aan. “Wel jongens, veel plezier nog. Ik ga er van door.” Na dat gezegd te hebben zette hij zijn gitaarkoffer even neer en ging eerst naar Mike toe. Hij wenste hem nog fijne feestdagen en ze namen afscheid door drie kussen op de wang te geven, iets waar Siebe ooit mee was begonnen en Mike geen bezwaar tegen had. Toen Siebe zich naar Wart richtte om afscheid te nemen gaf hij hem een stevige hand en wenste hem ook fijne feestdagen, goed wetende dat Wart kussende mannen maar niets vond, al was het maar een onschuldige groet of afscheid.

Na dit afscheid vertrokken ze, Siebe ging de ene kant op, met zijn hoed op zijn hoofd en zijn gitaarkoffer in zijn gehandschoende hand. Mike en Wart gingen de andere kant op. Wart stopte zijn handen in de zakken van zijn jas en Mike stopte zijn vrije hand ook in zijn jaszak. Samen wandelden ze op hun gemak in de richting van de kerk. Hoewel Mike ook met de bus was gekomen, had Wart de auto van zijn vader mee en die vlak bij de kerk geparkeerd, omdat hij toch van plan was om daar naar toe te gaan na het optreden en die lag niet zo ver van de kroeg af. Een klein kwartiertje te voet, meer niet. Dat Siebe niet met ze mee ging verbaasde Wart niet, Siebe was immers een atheïst. Dat Mike mee wilde was op zich al een aangename verrassing geweest, want die zei altijd dat hij wel gedoopt was en zijn communie had gedaan, maar verder weinig bezig was met het geloof en eerder het globale Christendom aanhield in de plaats van een specifieke stroming. Wart zelf maakte er geen geheim van dat hij Katholiek was, maar hij sprak verder nooit over zijn geloof met de andere twee, omdat hij wist dat het ze niet veel interesseerde.

***

De kerk zat goed vol, ook al zou het nog een half uur duren voordat de mis zou beginnen, maar Mike en Wart hadden een mooi plekje veroverd. Enigszins achterin, maar met goed zicht op het altaar. Ze waren zacht met elkaar aan het praten toen er iemand met een lange, zwarte stofjas naast Mike ging zitten. Ze keken allebei op en zagen tot hun verbazing Siebe zitten, die net zijn hoed afnam. Siebe merkte op dat ze naar hem keken en gaf een knipoog.

“Ik zit liever hier bij jullie, dan alleen in mijn kamer.”

Wart keek stil naar Siebe, dat die het verkoos om hier met hun te zitten in de plaats van zijn studentenkamer wilde heel wat zeggen. Vooral omdat hij niet alleen atheïst was, maar ook Protestants opgevoed. “Kom anders ook logeren bij mij,” stelde hij voor. “Dan heb je gezelschap tot morgenochtend. En kun je een kerstonbijtje met ons meedoen.”

Met een knikje nam Siebe het voorstel aan en daarna keek Wart naar Mike.

“Jij mag ook komen als je wilt.”

“Dat wil ik wel, thuis hebben we niets gepland staan voor het ontbijt.” Mike keek even naar een kleine groep mensen die de kerk in kwam en een plaatjse zochten. Daarna richtte hij zijn aandacht weer op Wart. “Hoe laat eten jullie?”

Wart grinnikte zacht. “Een Gielissen-ontbijt is nooit vroeg. Rond tien uur is de tafel gedekt. Mijn moeder is misschien wel vroeg op, maar de rest van ons slaapt liever uit.”

Na die opmerking viel er een stilte in het gesprek en ze luisterden naar de muziek.

“Dit is niet mis,” zei Siebe toen. “Ik ben blij dat ik gekomen ben.”

Ze spraken nog zachtjes met elkaar tot de mis zelf begon.

Hoewel Wart hier zat vanwege zijn geloofsovertuiging, eentje die hij ter harte nam, zat Mike er eerder om Wart gezelschap te houden en voor Siebe was dat de enige reden. Toch voelde Mike zich thuis in de nachtmis, het was al een hele tijd geleden dat hij dit had gedaan en het maakte voor hem op een bepaalde manier Kerstmis compleet, het kerstverhaal en de viering ervan hoorden nu eenmaal bij de gebruiken en hij was ermee bekend. Siebe luisterde geïnteresseerd naar wat er werd verteld en de gebeden die opgezegd werden. Voor hem was dit de eerste keer in een katholieke kerk en hoewel hij geen voeling had met het geloof of de gebruiken vond hij het wel fijn om dit eens met zijn vrienden te doen en een leerzame ervaring.

Op het einde, na de zegen, keek Wart eerst naar Mike en daarna naar Siebe. Het had er op geleken dat hij alleen de nachtmis zou doen, maar zijn twee vrienden waren meegekomen. En daar was hij ze dankbar voor.

“Laten we gaan, ons ma zal nog wel iets warms hebben klaar staan.”

“Vindt ze het goed dat we komen?”  vroeg Mike.

Wart haalde zijn schouders op. “Niet gevraagd, maar ze heeft nog nooit een onverwachte logé weggestuurd. Victor kwam wel eens thuis met vrienden die te zat waren om alleen naar huis te gaan en als ze daar al niet moelijk over doet, dan zullen twee nuchtere vrienden al helemaal geen probleem zijn.” De andere twee knikten en met hun drieën stonden ze op. Ze gingen naar de muur waar hun de twee gitaarkoffers stonden en Wart haalde ondertussen zijn gsm tevoorschijn.

“Vic,” zei hij in de telefoon, “zaolig keersemes…joa ich höb net de nachmis gedaon…joa veer zien us mörrege.” Daarmee was het telefoongesprek beëindigd en hij liet de gsm weer in zijn zak glijden. Hij zag Siebe naar hem kijken. “Wat?” vroeg hij.

“En dan zeg jij iets over mij en mijn Fries, dat Maastrichts van je is ook niet makkelijk te verstaan.”

Grinnikend haalde Wart zijn schouders op en samen gingen ze naar de uitgang van de kerk waar de pastoor stond om de mensen nog te groeten. Wart ging naar hem toe, op de voet gevolgd door Mike en Siebe. Zodra de pastoor hen opmerkte knikte hij hen vriendelijk toe.

“Dag Wart, klaar om naar huis te gaan?”

“Ja.” Wart stak een hand uit. “Zalig kerstfeest, meneer pastoor.”

“Zalig kerstfeest, Wart.”

Ook Mike gaf hem een hand en wenste hem een gelukkig kerstfeest. Daarna gaf Siebe hem een hand.

“Fijne feestdagen,” wenste Siebe hem toe.

Een begripvolle glimlach verscheen op het gezicht van de pastoor. “Ook voor jou fijne feestdagen, jongeman.”

 

***

Die nacht sliepen zowel Siebe als Mike bij Wart thuis, zoals Wart voorspeld had werden ze warm onthaald door mevrouw Gielissen en kregen ze eerst nog een kop opgewarme groentesoep die ze eerder op de avond had gemaakt. De volgende ochtend zaten ze aan de tafel om het kerstontbijt mee te doen met Wart en zijn ouders. Siebe was eerder op dan Wart en Mike en had de moeder van Wart geholpen met alles klaar te zetten. Met koffie, thee, broodjes, een hele selectie aan beleg en kerstbrood was het een uitgebreid ontbijt.

Na het ontbijt bracht Wart zijn vrienden weg met de auto van zijn vader, zodat ze niet met de bus moesten gaan. Eerst zette hij Siebe af aan het station en daarna reed hij met Mike naar zijn huis. Dit jaar hadden ze samen kerstavond gevierd en een kerstontbijtje gedaan en het was de drie vrienden best bevallen. Kerst hoorde immers samen gevierd te worden, met familie, maar ook met vrienden en hoewel voor ieder de kerstfeestjes nog moest beginnen, was het al een mooi begin van de feestdagen. Siebe zou niet terugkeren vanuit Friesland tot na de kerstvakantie, maar Wart sprak met Mike af dat hij Peter ook moest uitnodigen en dat ze met hun drie de stad in zouden gaan met oud en nieuw, een voorstel waar Mike niet over moest twijfelen en meteen aannam.

*** © Mariska Bekker ***

1 reactie

    • Pap op 28 maart 2016 om 19:31
    • Reageer

    Meis, roerend verhaal. Kan nog een lange verhaallijn worden vanuit het Nijmeegse.
    Stukje bij het uitgaan van de kerk was wel erg mooi.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd.

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.