“Dat is wel erg lang.”
Veronique keek hem verbaasd aan, ze zat met Siebe te genieten van een wijntje op een heerlijke nazomers dag en ze had hem net verteld hoeveel ze van hem hield, gevold door de vraag of ze altijd en eeuwig, en eeuwig en altijd samen zouden zijn. “Hoe bedoel je?”
“Zelfs de sterren leven zo lang niet.” Siebe hing ontspannen in de stoel en nam een slokje van de frisse witte wijn. “Je vraagt voor een verbintenis die, als je gelooft in een hiernamaals, de volledige eeuwigheid meegaat. Een belofte die toekomstige reïncarnaties moet standhouden. En aangezien ik in het verleden al verliefd ben geworden lijkt het mij een moeilijke belofte om te maken.”
“Maar, we hebben het toch goed samen?”
“Oh, daar heb ik het niet over. Ik vind je geweldig en ik wil graag een langdurige relatie met je aangaan. Maar ik beloof liever dat we samen zullen blijven zolang wij van elkaar houden. Is dat eeuwig, prima, maar dat zet ik liever niet zwart op wit.”
“Maar…” Veronique zette haar glas ook. “Voel je niet dat wij een connectie hebben? Soulmates. Wat wij hebben gaat diep.”
“We zijn nog maar twee maanden samen…”
“Maar wie weet hoeveel mensenlevens hiervoor al. Jij voelt het toch ook? Die hechte, diepe band die wij hebben.”
Siebe keek naar de vuist die ze had gemaakt om haar woorden kracht te geven. “Ik vind je leuk, Veronique. Echt. Je bent een hele gezellige, spontane meid. Een levensgenieter en dat vind ik prachtig. Wij genieten van dezelfde dingen in het leven, en dat is een hele goede basis voor een relatie, maar of we nu soulmates zijn…”
“Daar geloof je toch in?”
Siebe knikte langzaam. “Dat wel, bij Kimberly had ik dat
gevoel heel sterk. Ik verklaarde haar mijn liefde ook al wist ik dat ze niet
oud zou worden, een ziekte die niet meer te genezen was, en we zijn in de tijd
die ze nog had heel gelukkig geweest. Dat wil natuurlijk niet zeggen dat ik
niet opnieuw van een vrouw kan houden, maar ik denk niet dat ik een nieuwe
soulmate zal vinden. Dat was zij.”
“Dus wat wij hebben betekend niks voor je?”
Er verscheen een frons bij Siebe. “Dat heb ik niet gezegd, ik vind het geweldig wat wij hebben. Jij wilde weten of ik in soulmates geloof. Dus: ja, maar ik geloof niet dat wij dat zijn. Maar dat hebben we ook niet nodig om het goed te hebben, toch? Je kunt van elkaar houden zonder zielsverwanten te zijn.”
“Je kunt je andere vriendin niet vergeten, hè?”
Klonk daar nu een verwijt in? “Ik ben niet van plan om haar ooit te vergeten,” antwoordde Siebe kalm, “maar ik ben zeker in staat om opnieuw van iemand te houden. Ik zou niet met je gevreeën hebben als mijn hart nog steeds geheel aan Kimberly toebehoorde.”
“Nou, als je maar onthoudt dat wij nu samen zijn,” zei Veronique en ze klopte op zijn knie, waarna ze weer een slok wijn dronk.
Siebe glimlachte kort naar haar en dronk ook van zijn wijn. Misschien moest hij toch maar aan Ward een paar tips vragen om een relatie te beëindigen. Hoe leuk Veronique ook was, dit leek toch niet zo’n gezonde relatie als hij eerst had gedacht. Dit zou wel eens heel snel heel verstikkend kunnen worden. Na twee maanden samen te zijn begon ze toch aardig hard van stapel te lopen. Voor eeuwig en altijd? Niet met haar.
*** © Mariska Bekker ***
~ Geinspireerd door de Septemberschrijfchallenge 2019 van Schrijfdroom ~